info-steel-65

hebben we alle bekistingstorens geleidelijk aan losgemaakt om de zeeg beetje per beetje in balans te laten komen. Dat was erg indrukwekkend.» De trainingshal is overkapt met een constructie in gewapend beton, geritmeerd door liggers met een overspanning van 20 m (4,05 m asafstand), die geperforeerd zijn met vierkante uitsparingen voor het leidingwerk van de voornaamste techni- sche installaties van het gebouw. In elke ligger is maar liefst 9,5 ton wapeningsstaal verwerkt. Een van de voornaamste architecturale eisen was dat de activiteiten in de hal met de drie vluchtsimulatoren zichtbaar moesten zijn voor het grote publiek. Dit resulteerde in de plaatsing van volledig beglaasde façades. De verticale stalen draagstructuur (cirkelvormige kolommen 273/10) loopt over in de grote vliesgevels. Het steeldeck rust op HE 800 B-liggers met een tussenafstand van 6,075 m en een maximale overspanning van 22 m (85 ton S355-staal). Zwevend kantoorniveau Dé blikvanger van dit uitzonderlijke project is zonder twijfel het vierkante kantoorniveau met 78 m lange gevels, dat boven de hal met de vluchtsimulatoren en de trainingshal zweeft en slechts op vier trappenkernen rust, waardoor er sprake is van grote uitkragingen (40,5 m). Het staalskelet (1.270 ton S355- en S460 HISTAR- staal) bestaat uit Pratt-vakwerken in de gevels (diagonalen onder trek, statische hoogte van de vakwerken: 7,40 m), die zijn opgebouw uit H- en W-randprofielen, vierkante buizen (kolommen) en rechthoekige buizen (diagonalen) met een afmeting van 300 mm op plan. Elke koker is van nul gefabriceerd. Aangezien dat monniken- werk was, zijn we daar al voor de modellering mee gestart. Nadien hebben we ze in de juiste afmetingen gesneden. De verdiepingsvloe- ren verbinden de vakwerken in de gevels via geperforeerde HE 500 B-liggers (voor de door- gang van technische leidingen) met een tussen- afstand van 4,05 m en een overspanning van 12,15 m, die de 12 cm dikke staalplaatbetonvloer ondersteunen. Het was de bedoeling om een zo licht mogelijke draagconstructie uit te werken en zo de vervormingen te beperken conform de goedkeuringscriteria van de beglazing (L/500). progressivement toutes les tours d’étaiement pour voir étape par étape la contre-flèche arriver à l’équilibre. Ce fut très impressionnant. ». Le hall d’entraînement est couvert par une construction en béton armé rythmée par des poutres de 20 m de portée (entraxe 4,05 m) perforées par des réservations carrées pour le cheminement des installations techniques prin- cipales du bâtiment. Chaque poutre consomme 9,5 t d’acier d’armatures. Le souhait architectural pour le hall accueillant les 3 simulateurs de vols était de rendre visible au grand public les activités intérieures. Cela se traduit par des façades complètement vitrées. La structure métallique portante verticale (poteaux circulaires 273/10) se confond avec la construc- tion des grands murs rideaux. Les bacs de toiture métallique reposent sur des poutrelles HE 800 B entre-distantes de 6,075 m pour une portée maxi- male de 22 m (tonnage de 85 t en nuance S355). Anneau carré de bureaux… aérien Ce projet d’exception se caractérise sans nul doute par son anneau de bureaux de forme carrée de 78 m de côté, qui survole les halls des simulateurs et d’entraînement et ne s’appuie que sur les 4 noyaux d’escaliers, créant ainsi de grands porte-à-faux (40,5 m). La charpente métallique (1.270 t d’acier de nuances S355 et S460 HISTAR) est réalisée par des treillis Pratt (diagonales tendues) en façades (hauteur statique treillis : 7,40 m), composés de profilés H et W en membrures et de tubes carrés (poteaux) et rectangulaires (diagonales) d’un encom- brement de 300 mm en plan. Chaque tube a été fabriqué de toutes pièces. Vu l’ampleur du travail, leur production a débuté avant même que la modélisation ne soit lancée. Ils ont par la suite été coupés à dimensions. Les planchers des différents étages relient les treillis de façades par des poutrelles HE 500 B perforées (pour le passage des installations techniques) d’entraxe 4,05 m et de portée 12,15 m soutenant le plan- cher collaborant de 12 cm. L’objectif principal étant de développer une construction portante la plus légère possible pour limiter les déforma- tions de l’ouvrage selon les critères d’accepta- tion du vitrage (L/500). 76

RkJQdWJsaXNoZXIy MzE2MDY=